Hypermegalopolis

Tijdens de hyperpremière van Megalopolis op 5 december droeg schrijver-filosoof Govert Derix zijn tekst 'Hypermegalopolis' voor. Een montage van passages uit de eerdere Megaloposts waarin hij, door de lens van zijn boek Hyperfilosofie, zijn licht laat schijnen op de zwanenzang van Francis Ford Coppola.

Hypermegalopolis

Zeer gewaardeerde cinefiel, dear Francis,

Fasten your seatbelts!
Geheel in de geest van megalon zitten die wel en niet aan uw bioscoopstoel. Megalon, de wonderstof waarvoor Cesar Catalina de nobelprijs krijgt. Nog even en ook uw zetel is ervan gemaakt. De gevolgen zijn niet te overzien.

Afgelopen zomer ontving ik een appje van David Deprez van Lumière Maastricht. Hij had mijn boek Hyperfilosofie gelezen en vroeg enigszins hyperend of we daar in relatie met film niet iets mee konden doen. Maar welke film?
Ik dacht aan Koyaanisqatsi, Arrival, Soylent Green.
Toen suggereerde programmeur Wouter Greven Megalopolis.
In mijn uppie onderging ik deze zwanenzang van Francis Ford Coppola hier in zaal 1.
Ik kwam, ik zag, ik werd overwonnen.
Niet meteen omdat ik dit epos beoordeel als dé hyperfilosofische film van onze tijd. Maar vanwege de merkwaardige ervaring dat hij mij beoordeelt.

Hoe zit dat?

Hyperfilosofie richt zich tot een kosmische tribune. Op die tribune zitten vertegenwoordigers van buitenaardse beschavingen die overleefd hebben waar wij nu middenin zitten: de dreiging van zelfdestructie. De ET's vragen aan de hyperfilosoof om uit te leggen wat er daar beneden op aarde in godsnaam aan de hand is. Jullie hebben alles in handen om er een paradijs van te maken, toch gaat alles mis. Leg uit!

Wie antwoord zoekt op de grote vraag naar de hoeveelheid waarheid die een mens kan verdragen, kan nu terecht bij één krankzinnige film.
Wie het cinematografische pendant zoekt de bewering dat filosofie de tijd is in gedachten gevat, kan zich nu laven aan een rolprent die alle tijdperken samenpakt.
En wie de ultieme ontkrachting zoekt van de stelling dat men moet zwijgen over dingen waarover men niet kan spreken, zal van de daken schreeuwen dat het onzegbare filmisch vlees is geworden.

Hoeveel verwijzingen kan één film bevatten?
Hoeveel tijdgeest kan in één film van het doek spatten?
Hoeveel onzegbaars kan met beeld en geluid tot spreken worden gebracht?

Ik overdrijf.
Natuurlijk overdrijf ik.
Ik móét overdrijven.
Megalopolis geeft je vleugels van overdrijving en spoort aan om de teugels van de verbeelding totaal te laten vieren.

Probeer niet alles te vatten, probeer niet alle lagen te zien en alle losse eindjes aan elkaar te knopen.
Verzoen je met de vrees dat je deze film niet een of twee, maar vijf of twintig keer moet zien alvorens er genoeg stukken in elkaar vallen om recht te kunnen doen aan de meer dan veertig jaren dat de maker eraan beitelde en polijstte als de beeldhouwer Pygmalion aan zijn schoonste standbeeld.

Eén ding is nu al duidelijk.
Hier geldt een onverbiddelijk take it or leave it, hate it or love it.
Tijdens de première in Cannes gonsde het al dat dit de beste én slechtste film aller tijden is.
Een film die pas over honderd jaar goed beoordeeld kan worden.
Een kunstwerk dat uiteindelijk alleen zijn eigen beoordeling kan zijn.

Het genre film wordt hier opnieuw uitgevonden.
Omdat onze tijd opnieuw moet en mag worden uitgevonden.
Omdat het onzegbare erom schreeuwt.
Omdat deze waarheid nu en geen minuut later aan het licht moest komen.
Hoe verhoudt Megalopolis zich bijvoorbeeld tot de beweging van Make America Great Again (MAGA) die zich deze dagen over de planeet ontfermt?
Ik lees, Francis, dat je democraat bent.
Tegelijk proef ik dat je bóven de geschiedenis staat.
Áchter de tijdelijke turbulenties maakt jouw camera-oog ons deelgenoot van diepere waarheden.
Natuurwetten fundamenteler nog dan de krachten die ons nu lijken te veroordelen tot misschien zelfs een wereld zonder vrije film. Megalopolis als zwanenzang niet alleen van jou, maar van een tijdperk?

Maar dan: het thema van de grote cycli van de wereldgeschiedenis is van alle tijden.
De metamorfose van cultuur als natuurwet. In jouw beeldtaal, in jouw soundtrack, in de larger than life personages en in de gothic en dan weer sprookjesachtige, futuristische en zelfs tedere decors maak jij dat invoelbaar.
Voeg daar bij de rake citaten van Marcus Aurelius en andere denkers en profeten, en je hebt de droomachtige stuff where Megalopolis is made off.

Alsof je heel de wereldhistorie in één paradoxale oogopslag van 138 minuten overschouwt.

Ook daarom is het geen toeval dat Megalopolis uitgerekend nu in de filmhuizen komt.
Dwars tegen de verdrukking, dwars tegen de aanzwellende wanhoop en dwars tegen het MAGA-geschreeuw in is jouw laatste film een trip naar licht en hoop.
Een reis ook vol waarschuwing.
En vol van een wijsheid waarvoor we de juiste woorden nog moeten vinden.

Of ik onrustig werd van Megalopolis?
En hoe!
De mensheid, zeg je, kan ten onder gaan aan haar beschaving. Vervolgens rep je van de vermoeidheid van de huidige samenleving. Geloven wij nog wel ergens in? Is er nog een geloofwaardige toekomst?
Is Megalopolis een vermoeide film die zoekt naar nieuwe vitaliteit?
Alle cinematografische wetten – voor zover die überhaupt bestaan – lapt je aan je laars. En dan die flirts met clichés en frames.
Een ronkende vertelstem, een fade als in een stomme film, footage als van een iPhone, splitscreens, collages die lukraak uit de koker van een op hol geslagen AI-programma lijken te komen.
Is dit ernst? Spot? Ironie? Eén grote grap?

Heb jij dat trouwens ook soms, Francis, dat je op een willekeurig moment het gevoel hebt dat de tijd vertraagt?
Alsof de secondewijzer blijft haken.
Een minimale hapering... daarna lijkt de tijd weer... normaal?
Jouw Megalopolis duurt 138 minuten.
Normale minuten zijn dat allerminst.

'We are in need of a great debate about the future,' laat je Cesar Catilina tot de wereldgemeenschap visioneren.
Op allerlei manieren leent jouw laatste film zich voor bespiegelingen over tijd.
Soms lijkt het wel alsof ik de kromming van de tijd kan voelen.
De film als een tijdkrommer die heden en verleden naar zich toetrekt – en een boog naar de toekomst spant.

Cinema was altijd al een tijdmachine.
Maar wie deze film ziet kijkt daarna anders naar de tijd zelf.
Film is beweging is de essentie van tijd.
Dit is vooral ook een film over film.
Maar ook een spel met geloofwaardigheid.
De geloofwaardigheid van dit epos stelt de geloofwaardigheid van kijker en wereld – én onze tijd – op de proef.

Trouwens, had Megalopolis bescheiden kunnen zijn?
Een groot deel is helemaal niet grootheidswaanzinnig. Veel is juist langzaam, op het trage af. Uitgesponnen dialogen. Een zekere geaffecteerdheid soms. Soms een vreemdheid in de getoonde emoties, alsof jij wilde dat we ons juist níet gemakkelijk met Cesar Catilina of anderen zouden identificeren, maar als kijker net iets anders anders zouden zien en beleven.

Maar wat?

Ook in de soundtrack zit een ongrijpbare ongedefinieerdheid. Het viel me aanvankelijk niet zo op.
Totdat ik het gevoel kreeg dat de muziek soms in een andere ruimte speelt. Lag het aan mij? Of flik je ook hier een subtiele ontregeling van de beleving?

Je merkt, Francis, ik zoek woorden. Ontregelende woorden. Woorden die verwoorden wat jij alleen in film kon verwoorden.
Megalowoorden voor mijn hyperervaring.
Juist deze film met megalomanie in de titel is niet grootheidswaanzinnig, maar speelt een spel met groot en klein, kunst en kitsch, klassiek en futuristisch, hemelbestormend en hemeltergend, identificatie en vervreemding, geloofwaardigheid én de zoektocht naar een soort nieuwe geloofwaardigheid waaraan wij mensen nu meer dan ooit behoefte hebben.

Als jij mij nu op de man af zou vragen waar Megalopolis over gaat, dan zeg ik: over vrijheid.
Je zegt het zelf bij monde van Cesar Catilina: 'Door in het onbekende te stappen, bewijzen we dat we vrij zijn.'
Vanaf het allereerste shot is dit epos een stap in het onbekende.
Vrijheid = experiment.
Met alle risico's die daar per definitie bij horen.

Het geldt voor de wonderstof megalon.
Het geldt voor het megalomane bouwproject Megalopolis zelf.
Van alle kanten druipt de vrijheid ervanaf.
Maar je proeft ook: er hoeft maar dít te gebeuren, en vrijheid slaat om in haar tegendeel.

Creatieve vrijheid kan grote hoogten bereiken door zichzelf strenge wetten op te leggen.
Ook bij jou zie ik vrijheid en wetmatigheid dansen rondom een magisch zwaartepunt.
Een balanceeract die de kijker doet duizelen.
Of mateloos irriteert.
Op het puntje van de stoel doet zitten.
Of de zaal voortijdig doet verlaten.
Zoals belangrijke romans een antwoord zijn op de vraag wat een roman in hun tijd moet en kan zijn, zo geeft deze film een antwoord op de vraag wat een film volgens jou, Francis, hier en nu moet zijn.

Het maakt dit werk tot een sprong in het hyperdiepe.
Vandaar natuurlijk die duizelingwekkende beginscène.
Megalopolis = vertigo in optima forma.
Sterker: je moedigt de kijker aan om zélf moedig te zijn.
Mens durf te hyperen!
Deze film bekijken vergt moed.
Je moet als het ware opnieuw leren kijken.
Iets volstrekt nieuws wil zich met filmische gebaren openbaren.
Het lijkt wel alsof ik zelf de hele film lang op de piek van een wolkenkrabber balanceer.
Springen of niet springen.
Vertrouwen of niet vertrouwen.
To cinema or not to cinema.
Is this the stuff cinema in our time has to be made of?
Waar kijk ik naar?
Waarom hier?
Waarom nu?
Waarom ik?
Waarom... wij?

Fasten your megalon belts.

Tijd... stop –

Film begin... nu –

Govert Derix, 5 december 2024

< Lees Megalopost VIII

Megalopolis van Francis Ford Coppola is nu te zien in de filmhuizen en bioscopen.

Hyperfilosofie, op zoek naar wijsheid in onwijze tijden van Govert Derix verscheen bij Uitgeverij Magonia, Utrecht.