The Village Next To Paradise
In zijn debuutfilm, de eerste Somalische film ooit op het filmfestival van Cannes, portretteert Mo Harawe een familie die het beste probeert te maken van een slechte situatie.
De alleenstaande vader Mamargade woont samen met zijn zoon Cigaal en zijn gescheiden zus Araweelo in een afgelegen Somalisch kustdorp. Hun bestaan wordt geteisterd door conflicten, natuurrampen en de constante dreiging van Amerikaanse drone-aanvallen. Mamargade werkt als klusjesman en grafdelver. Araweelo wil haar eigen naaiatelier beginnen om zo in haar levensonderhoud te voorzien. Het drietal wordt geconfronteerd met de uitdagingen van het dagelijks leven, waarbij liefde, vertrouwen en veerkracht hen op de been houden.
Harawe slaagt erin om de verhoudingen tussen de familieleden genuanceerd in beeld te brengen, vooral de worsteling van Araweelo die haar eigen weg probeert te vinden in een patriarchale samenleving. Met adembenemende beelden van het dorpsleven, de woeste natuur en de interactie tussen de personages wordt op een subtiele manier het zware, soms uitzichtloze leven in een conflictgebied getoond, zonder te vervallen in melodrama. (ms)